Een strijd om te overleven... - Reisverslag uit Sanur, Indonesië van An D'hont - WaarBenJij.nu Een strijd om te overleven... - Reisverslag uit Sanur, Indonesië van An D'hont - WaarBenJij.nu

Een strijd om te overleven...

Door: An

Blijf op de hoogte en volg An

22 Februari 2016 | Indonesië, Sanur

Toen hij als tiener naar school ging, werkte zijn vader in een hotel dat aan de rand van Tomok lag. Het dorp lag 5km van Tuk Tuk vandaan, het toeristische hart van Samosir Island. Lake Toba groeide uit tot één van de toeristische trekpleisters van West-Indonesië, vergelijkbaar met Kuta, Bali. Het eiland werd jaarlijks tijdens het hoogseizoen bijna overspoeld met toeristen, de full moon parties waren er berucht en hoewel de meesten er tijdens hun doorreis slechts enkele dagen planden, bleven velen er vaak voor weken rond hangen. Het was de 'place to be' voor uit te gaan en tegelijk uit te rusten in een ronduit waanzinnig mooie omgeving. De Westerlingen waren er gek op. Ik kan dit na mijn bezoek alleen maar beamen...

Als hij afstudeerde wist hij al wat hij wilde gaan doen, mee in het hotel werken bij zijn vader. Hij zou Engels gaan leren en veel geld verdienen. De toekomst leek rooskleurig en hem toe te lachen...

Maar tegen de tijd dat hij afgestudeerd was, kende de toeristische sector een enorme terugval. De toeristen bleven weg, het hotel raakte in verval en zijn vader raakte zijn baan kwijt. Gelukkig had zijn moeder een job als lerares op de plaatselijke school. Diep christelijk trokken ze zich op aan hun geloof en aan de hoop dat het toersime ooit weer zou floreren en de werkgelegenheid op het eiland terug zou komen.
Zijn neef had een bloeiende bar op Tuk Tuk. Maar omdat ze er niet langer met twee van konden leven, trok zijn andere neef naar Bali, in de hoop daar werk te vinden. Hij opende een bar en door de enorme toeristen stroom werd deze het laatste deccenia almaar succesvoller. Een aantal van zijn vrienden en familie waren reeds naar Bali gevolgd om in de bar te gaan werken. Hij besloot zijn familie achter te laten en ook het geluk te gaan opzoeken op Bali. Op Pulau Samosir was niks meer te beleven, geen toersime meer, geen werk meer. Alles was er stil gevallen en er was gewoonweg geen werk meer genoeg voor de plaatselijke bevolking. Het was kiezen tussen in armoede bij de familie blijven, of geld gaan verdienen elders, oftwel rauwweg overleven... De eerste 6 maanden waren loodzwaar. Hij werkte als barman aan een absoluut minimumloontje in de bar van zijn neef en kon zich geen appartement of kamer veroorloven. Hij sliep 's nachts op de bank van de bar en dat werd zijn 'thuis'. Zijn neef moedigde hem aan om gitaar te leren spelen zodat hij in een klein bandje wat meer kon verdienen.

3 jaar later is hij de lead zanger/gitarist van de Harimo band en verdient hij zo'n 150.000idr (10eur) per avond. Hij woont op een kamertje waar hij een bed en kast heeft. Hij deelt een badkamer en toilet met de andere huisbewoners. Het luttele geld dat hij verdient, deelt hij door 3'en, met zijn jongere neef en beste vriend. Beiden zijn werkloos en dus afhankelijk van anderen (lees vooral hem) voor eten. Graatmager zijn ze en je kan de honger op hun gezichten aflezen. Vaak hebben ze de hele dag niks te eten tot hij 's avonds gedaan heeft met spelen, zijn dagsalaris krijgt en dan zie je ze met ze'n 3'en wegstuiven naar een warung, waar ze voor een paar duizend idr wat te eten krijgen.
Hij is heel schuw en durft nauwelijks met toeristen te praten, omdat hij denkt dat zijn Engels te slecht is. Wanneer ik ronduit in het Engels, Frans of Duits aan de toog met andere collega's zit te praten en lachen, zie ik hem altijd een beetje jaloers mijn kant op kijken. Hij zou zich doodgraag met mij mee kunnen amuseren, maar hij voelt zich altijd heel erg dom als hij naast mij of anderen staat. Dus trekt hij zich vaak terug in een hoekje vanwaar hij de druk pratende mensen stiekem in de gaten houdt. De onkunde, onmacht en het verlangen naar, lijken een kruis die hij elke avond opnieuw op zijn schouders draagt.
Hij heeft zijn familie al 4 jaar niet meer gezien en mist zijn ouders vreselijk. Wanneer ik met hem naar foto's kijk van zijn familie, voel ik de pijn in zijn hart. Ik heb hem voorgesteld met mij mee te gaan naar Lake Toba zodat hij een paar dagen naar huis kon. Ik zou zijn vlucht betalen. Hij lichtte enorm op bij het idee, maar durfde niet te gaan uit schrik zijn baan kwijt te raken. De meeste van zijn 'broers' op Bali hebben geen werk, en staan bijgevolg te springen om zijn rol in de band over te nemen. Teleurgesteld en moedeloos moest hij mijn aanbod noodgedwongen weigeren. Niet omdat hij niet mee wilde, nee, omdat hij gewoonweg moet zien te overleven.
Bijna alle dagen eten ze hetzelfde, in de goedkope warungs langs de weg. Ze kennen de pizza's, hamburgers en spaghetti via de toeristen maar kunnen zich dit niet permitteren. Nu, ze vinden het ook niet lekker. Ze kennen niks anders dan rijst, met kip, ei en groenten. Ze eten niet omdat ze het lekker vinden, ze eten niet uit gezelligheid, ze eten niet omdat ze ervan genieten, ze eten om te overleven. Elke dag opnieuw is het scharten om voor hun 3'en eten te voorzien. Hij heeft amper 200eur per maand, waar ze met 3 van leven. Hun uitgaven beperken zich tot kamerhuur, benzine, eten en sigaretten. Geld voor amusement is er helaas niet, nooit... Hij heeft zelf zo weinig en deelt dan nog het luttele wat hij heeft met zijn 'familie'. Schrijnend... Ze hebben zo weinig maar hun hart is zo groot. Ze dragen zorg voor elkaar zoveel ze kunnen en zorgen dat ze allemaal minstens 1x kunnen eten per dag. Als hij ergens blijft overnachten, moet hij zorgen dat hij tegen de middag terug is want anders kunnen de andere 2 niet weg. Ze wonen heel afgelegen en hebben en scooter nodig om eten te halen. Weinig mensen weten niet waar en hoe ze wonen en ik kan het me eigenlijk niet echt voorstellen. Ik kan me simpelweg niet voorstellen hoe je zo moet leven, overleven eigenlijk. Elke dag opnieuw lijkt een strijd te zijn, een strijd om aan hun basisbehoeften te voldoen. Een strijd om de dag weer door te komen. Een strijd om te overleven...
De meeste toeristen die komen en gaan zien de band, de fun, het amusement. Want als er nu es één ding is waar ze verdomd goed in zijn, is het lachen en plezier maken. Deze mensen hebben zo weinig, maar ze lachen altijd. Ze zien er vaak zo gelukkig uit daar op hun troontje terwijl ze de hele bende entertainen. Van elke avond maken ze een feest, voor ons, en om heel even te ontsnappen aan het zwarte gat, het gemis, het leed, de wanhoop, de honger, het verlangen, het masker, de leegte...
Men ziet echter niet welke schrijnende, pijnlijke, rauwe realiteit erachter schuil gaat.

Het doet wat met een mens als je zo iemand heel graag hebt...

  • 22 Februari 2016 - 14:03

    Madre:

    Pakkend!
    Mijn dhontje heeft zo een klein hartje voor mensen die het minder hebben en dat vind ik zo mooi! Spijtig genoeg kan een mens alleen daar niets aan doen.
    Maak er daar nog maar een paar mooie dagen van voor die jongens!
    Xxx

  • 22 Februari 2016 - 15:04

    Smurfin :

    Een keiharde en troosteloze realiteit die helaas nog steeds bestaat maar je hart negeren, is bijzonder moeilijk hoor. Let love rule:) x

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

An

"Omdat het kan"

Actief sinds 13 Okt. 2015
Verslag gelezen: 257
Totaal aantal bezoekers 39569

Voorgaande reizen:

28 Mei 2017 - 05 Juni 2017

Ode aan Bali

13 December 2016 - 12 Januari 2017

Tigers for X-mas

20 Oktober 2015 - 11 Januari 2016

"Omdat het kan"

Landen bezocht: